De Waddenzee is een prachtig natuurlijk gebied. Het getij bepaalt hier wat er gebeurt. De traditionele vissers passen zich dan ook telkens aan, waarvoor veel kennis van het Wad een absolute must is. De seizoenen, veranderlijke visbestanden en het weer bepalen hier wat er te krijgen is. Zo vissen de vissers dus ‘wat het Wad schaft’. Kleinschalige kustvissers gebruiken een breed scala aan traditionele vangsttechnieken, die de bodem niet aantasten, en zo min mogelijk de habitat van de zeedieren aantasten. Bij deze manier van vissen hoort ook een grote diversiteit aan vangst: denk aan harder, zeebaars, bot, oesters, kokkels, krabben en nog veel meer.
Het seizoen is leidend, maar ook regelgeving dicteert de oogst
Er is nog een klein aantal traditionele wadvissers over op de Nederlandse Waddenzee: zo’n 35, onder wie Jan en Barbara Geertsema, onderdeel van de ‘Goede Vissers’. Barbara benadrukt: “De seizoenen zijn super belangrijk”. Harder, zeebaars, krabben en de meeste wieren zijn er van ongeveer eind april tot oktober. Op dit moment, begin december, worden er vooral schelpdieren geoogst. “Schelpdieren zijn er altijd wel”, vertelt Barbara. “Die zwemmen niet weg. Zo is er ook wat voor in de winter.” In de winterperiode wordt er niet of nauwelijks op vis gevist. Ook regelgeving bepaalt wat er wanneer gevist kan worden; paling is er bijvoorbeeld veel in het najaar. Maar de vangst daarvan is verboden, ter bescherming van de soort.
“De kwaliteit is subliem. Je weet niet wat je proeft!”
De schelpdieren, zoals oesters, zijn overigens in deze periode ook ontzettend mooi, vertelt Barbara: “De Waddenzee is een enorm rijk ecosysteem. Er is heel veel hoogwaardig fytoplankton, en dat heeft écht invloed op het vlees en de smaak van de oester. De kwaliteit is subliem. Je weet niet wat je proeft!” De oesters van Jan en Barbara, zoals overal op de Waddenzee, worden uitsluitend met de hand geraapt. Er zijn slechts veertien mensen die in dit gebied oesters mogen rapen. Het aantal is strikt gereguleerd, uit voorzorg, vanwege gebrek aan gedegen onderzoek naar het effect van oesters rapen op het ecosysteem. Barbara legt uit dat de vissers eigenlijk ook zelfregulerend zijn, mede vanwege de grilligheid van het Wad: “Er zijn oesterbanken die makkelijker toegankelijk zijn dan anderen. Als er mooie oesters groeien op zo’n plek, wil je die zelf ook graag goed houden.” Het is dus ook in het eigenbelang van de vissers om daar op een verantwoorde manier mee om te gaan. “Als visser zit je eerder jezelf, of andere vissers in de weg, dan het ecosysteem.”
Tijdrovend, zwaar, doordrenkt met onzekerheid, maar “er is gewoon niks mooier dan dat”
Het aantal vissers dat op deze manier vist neemt alleen maar af. Mensen stoppen, en er is geen opvolging. Barbara weet goed waarom: “Het toekomstperspectief is bijzonder slecht. Mensen willen niet meer dat hun kinderen het overnemen. Ze gunnen hun kinderen gewoon een beter leven!” Vooral de onzekerheid is een belangrijke factor. Zowel door verandering in bijvoorbeeld de temperatuur, en samenstelling van soorten in de Waddenzee, als door veranderende regelgeving: “Jan en ik weten nooit waar we aan toe zijn. We vissen met rubberboten op heel ondiep water. En we hebben een moederschip waar we kunnen eten, slapen, de vis op ijs bewaren etc. De formele eisen voor bijboten zijn gewijzigd en sluiten niet aan op de situatie op het Wad. De regels voor verschillende visserijen zijn ook tegenstrijdig met elkaar. Conclusie is nu dat we meerdere bijboten nodig hebben: voor de nettenvisserij bijboten zonder eigen registratie, en voor het oesters rapen tenminste één bijboot die apart is ingeschreven in het Europees visserijregister. Dat kan dus niet één en dezelfde rubberboot zijn. – zucht – We zouden zoveel meer kunnen, en willen, als er niet zoveel tijd, energie en geld verloren ging aan dit soort dingen…”
“Het toekomstperspectief is bijzonder slecht”
Barbara benadrukt dat de traditionele vissers op de Waddenzee zich niet gesteund voelen. Niet vanuit de overheid, en niet vanuit natuurorganisaties. Er wordt volgens haar alleen maar gekeken of ze iets fout doen, en niet naar wat ze bijdragen.
Volgens Barbara is er wel degelijk ruimte voor meer oogst dan er nu plaatsvindt. Ze benadrukt het feit dat, bijvoorbeeld oesters rapen, een fantastische manier van duurzame voedselwinning is. Als ervaren visser weet ze heel goed wat haar rol is: “Natuurlijk moet je altijd heel goed kijken naar de soorten die afhankelijk zijn van de Waddenzee, en dat die goed beschermd blijven. Daar hebben we ook een verantwoordelijkheid in.”
De grote onzekerheid wat betreft regelgeving maakt het lastig voor dit soort vissers om toekomst te zien in hun vak. Jan en Barbara gaan echt vol goede moed door, “omdat het een ontzettend mooi beroep is. Het is zo fijn om op het Wad te zijn. Er is gewoon niks mooier dan dat. Het voelt als een voorrecht om dit te mogen doen!”
Dit ambacht moet bewaard blijven
Deze fantastische low-impact visserij is wat Slow Food Nederland iets om te koesteren, en een uitstekende bron van kwalitatief hoogwaardig eiwit. Het traditioneel waddenvissen is niet voor niks een Slow Food Presidium.
Nu de restaurants weer voor een groot deel van de dag gesloten zijn in Nederland, is ook een groot deel van de afzetmarkt voor oesters verdwenen. Gelukkig kunnen we de Goede Vissers, die natuurlijk nog steeds oesters rapen, ondersteunen door hun prachtige oesters uit de Waddenzee te kopen. Want ook thuis smaken ze fantastisch! Bekijk waar de oesters te krijgen zijn via de website hieronder!
>>> Bekijk de website van de Goede Vissers.
Foto’s // Goede Vissers