Als onderdeel van het project “10.000 Tuinen in Afrika“, ondersteunt Slow Food International de vestiging van Good, Clean & Fair tuinen bij scholen en gemeenschappen door Afrika heen. Het betreft kleinschalige boerderijen: gerund bíj de gemeenschap, dóór de gemeenschap.
Nadine Bergmann was actief bij de werkgroep “10.000 Tuinen in Afrika” van Slow Food Nederland en verruilde 2 jaar geleden Nederland voor Kenia om te gaan werken bij een training en consultancy bureau in internationale ontwikkeling. Eenmaal gesetteld in Kenia besloot Nadine langs te gaan bij een aantal boeren om met eigen ogen te zien hoe het “10.000 Tuinen in Afrika” project leeft in Afrika. Ze neemt een kijkje in de keuken bij twee van de tuinen en ontmoet daar Samson en Stephen.
Van groene sperziebonen naar een groene boerderij
Door Nadine Bergmann, vanuit Kenia.
Samson werkt sinds 2016 voor Slow Food met verschillende groepen boeren door heel Kenia, vooral rondom Nakuru. “Vroeger verbouwden we sperziebonen,” vertelt Samson me als introductie van de groep boeren die we gaan bezoeken, zo’n 30 minuten rijden van Nakuru. Hij legt hij uit dat ze, voor dat ze zich bij Slow Food Kenia aansloten, betrokken waren bij contractteelt.
Contractteelt
Bij contractteelt maken de kopers afspraken met de boeren over de productie. De koper wil een bepaalde kwaliteit, bepaalt een prijs en binnen de overeenkomst wordt de boer gemandateerd om een bepaalde hoeveelheid van het product op een bepaald moment te leveren. Hoewel contractlandbouw gunstig kan zijn voor de boeren (het biedt naast zekerheid van inkomen ook toegang tot bijvoorbeeld opleiding), zijn er verschillende nadelen aan verbonden. Hoewel contractlandbouw de neiging heeft om een markt te garanderen, houden kopers de prijzen vaak laag om de winst te maximaliseren. Uiteindelijk hebben de kopers het laatste woord, en dat zorgt soms voor een relatie waarin de boeren afhankelijk blijven van de contractafspraken. Bovendien bevordert contactlandbouw vaak monocultuur, waardoor de kwetsbaarheid voor ziekten en plagen toeneemt.
Drie jaar geleden sloot de groep boeren zich aan bij Slow Food Kenia. We zijn bij de tuin van één van de boeren, waar de groep bijeen is gekomen om samen bokashi te maken, een activiteit die vaker wordt ondernomen. Bokashi is Japans voor gefermenteerd organisch materiaal. Het is een populaire composteringsmethode geworden, waarbij organisch materiaal wordt vergist tot een krachtige organische meststof. Alle boeren van de groep helpen mee om het te maken, zodat er vervolgens meststof is voor de eigen grond én voor de verkoop. Vanuit Slow Food wordt een deel van de materialen geregeld, zoals melasse, gist en zemelen, de rest wordt door de groep ingebracht. Na een uur mengen is de bokashi klaar om te rusten.
Tijdens het wachten struinen we door de tuinen van de boerderij. Er wordt een grote verscheidenheid aan groenten en kruiden verbouwd, zoals tomaten, yams (een wortel/knol), boerenkool, spinazie, prei, avocado, bananen, kool en koriander.
Naast het voeden van hun eigen boerengezin, profiteert ook de gemeenschap van de boerderij. Wekelijks krijgen zo’n 70 gezinnen producten uit deze tuin. Niet alleen voedsel, maar ook meststoffen als de bokashi die net is gemaakt wordt tegen een klein bedrag verkocht aan de gemeenschap.
Het succes van deze boerderij? Volgens Samson is het de inspanning die de individuele groepsleden leveren. Ze hebben strikte afspraken gemaakt over hoe ze hun groep en boerderijen moeten besturen, zonder dat er conflicten ontstaan. Op deze manier hebben ze er niet alleen zelf profijt van, maar kunnen ze ook hun gemeenschap ondersteunen.
Betaalbare biologische groenten
Na ons bezoek aan deze boeren, is het tijd voor een bezoek aan Stephen, die in dezelfde streek woont.
Terwijl veel Kenianen aan het pleiten zijn voor lagere voedselprijzen als gevolg van de stijgende marktprijzen, kan de biologische boerderij van Stephen momenteel nog wel betaalbare groenten voor 15 tot 20 gezinnen per dag leveren. Dat is op zijn minst bijzonder te noemen, want Stephen (32 jaar) is een van de weinige jonge mensen in Kenia die ervoor heeft gekozen om de stap naar landbouw te zetten. Veelal zijn het de ouderen die dat doen, om zichzelf na hun pensioen van voedsel te kunnen voorzien.
De boerderij van Stephen met 1 hectare grond bevindt zich op een half uurtje rijden van Nakuru. De lokale gemeenschap komt rechtstreeks naar zijn boerderij om de producten op te halen. Door deze directe aankoop blijven de prijzen laag. Stephen: “Een bosje spinazie kost 30 KES (ongeveer € 0,23), net als een bosje boerenkool.”
Deze betaalbaarheid is opmerkelijk, aangezien de boerderij van Stephen gecertificeerd is als biologische boerderij. In veel landen zou dat duiden op hogere prijzen voor de klanten, maar niet bij Stephen. “Mensen weten waarschijnlijk niet eens dat dit een biologische boerderij is. En ik denk dat het ze ook niet kan schelen,” aldus Stephen. “Maar mij wel,” vervolgt hij. “Ik geloof niet dat biologische producten altijd duurder hoeven te zijn. Zolang het je lukt om grotere hoeveelheden te produceren, zal het gauw winstgevend zijn.”
Voorlopig slaagt Stephen er in om zijn producten aan zijn gemeenschap te verkopen, maar daar stopt het niet. “Mijn droom is om met mijn producten een bekend, biologisch huismerk neer te zetten in de stad Nakuru. Biologische producten moeten voor iedereen beschikbaar zijn.” Om dit te bereiken, verkoopt Steven zijn producten al online. Hij overweegt om binnenkort ook een fysieke winkel te openen. “Uiteindelijk wil ik dat als iemand tomaten, uien en kool thuisbezorgd wil hebben, wij aan die vraag kunnen voldoen.”
Wil je meer weten over “10.000 Tuinen in Afrika”? Bekijk onze pagina over dit project.
Er zijn nog meer mogelijkheden om andere Slow Food organisaties wereldwijd te supporten. Wist je dat de opbrengsten van onze Ark van de Smaak prints bijdragen aan de creatie van het Ark van de Smaak boek in Uganda? Schaf een mooie print aan en support Slow Food Uganda!